vorig bericht | overzicht | volgende bericht

Chile

12 augustus

San Pedro de Atacama

Aanwijzingen dat je van Zuid-Amerikaans armste land naar één der meest welvarende overstapt, laten niet lang op zich wachten. Sinds lange tijd voel ik weer glad asfalt onder me en dat voelt niet slecht na drie dagen hobbelen, stuiteren en bonken in een krappe jeep!
Na 50 km houden we halt bij de Chileense douane. Dat Chili weinig op heeft met de Boliviaanse landbouwpolitiek blijkt wel uit hun benadering van grenspassanten. Na een verklaring te hebben getekend geen groente, fruit of zuivel mee te dragen wordt dit nog even fijntjes gecontroleerd door een speurhond in de bus en wordt de rugzak door een zich zeer belangrijk voelend ambtenaartje nagezocht. Leuk verhaal natuurlijk, maar ze zoeken toch echt gewoon naar drugs (coca).

Direct daarop rijden we San Pedro binnen, een klein gehucht van zo'n 2000 inwoners gelegen in een oase midden in woest en kurkdroog landschap.

De werkweigering van mijn digitale kameraad beleefde een nieuw hoogtepunt door er bij een vol geheugen er de brui aan te geven. Vandaar alleen enkele geleende shots.

San Pedro de Atacama. Het dak van het kerkje is van cactus! Een dorpje van god en iedereen verlaten, behalve toeristen dan. Electriciteit valt hier regelmatig uit, kaarsen en zaklamp komen dus van pas want als het licht uitgaat is het aardedonker.

Vulkaan Licancábur, met aan Boliviaanse zijde de lagunas Blanca en Verde aan haar voet, domineert ook de Chileense horizon. Het landschap is ronduit bizar: één der droogste regio's met geërodeerde rosten in allerlei kleuren en besneeuwde bergtoppen op de achtergrond.

Na San Diego, Oaxaca, Ek Balam, Antigua en La Paz kruip ik weer op de mountainbike. Met een handgetekend kaartje in de hand heb ik het ambiteuze voornemen de omgeving van San Pedro te bekijken met alle highlights die de lokale reisburo's afzonderlijk - en veel te duur - aanbieden. Dit kostbesparende idee moet ik wel bekopen met bloed, zweet en tranen (nou ja, houd het op veel zweet). Ze sturen me al snel van het heerlijke asfalt af, een buiten gebruik geraakte voormalige verbindingsweg met de grote stad Calama in. Hier geen plat geplaveide weg, maar op en neer, stenen ontwijkend, door diepe beken wadend (tot aan de kniëen!) en flink stof happend terwijl ik me omhoog hijs door rul zand. Flink afzien wat ik niet altijd kon waarderen.

De omgeving maakt alles goed: van rotsformaties in allerlei kleuren en vormen tot zandduinen, pre-inca ruines, oases en zoutvlaktes

In de namiddag Valle de la Luna ingereden en gestrekt tegen een zandduin op de zonsondergang gewacht. Op een rotspunt geklommen met superpanoramaview voel je je in dit landschap net Neil Armstrong.

Na een stevige almuerzo (lunch) keer ik in de avondschemerig terug in San Pedro. Een douche doet wonderen en na wat te hebben gegeten tref ik in een bar drie Hollandse dames die ik sinds de dino-truck uit Sucre steeds tegenkom. Reden voor nog een biertje dus.
Een dag eerder, zaterdag, naar Calama 100 km verderop gebust. De grootste stad in de omgeving, maar zonder historie en weinig interessant. Dus waarom erheen? In San Pedro ontbreekt een pinautomaat en met de traveller cheque's inmiddels verzilverd en te weinig dollars op zak rest mij weinig keus.
Zondagochtend vertrek in naar Argentinië; de stad Salta. Er verstandig aan gedaan direct donderdags een stoel te boeken want het is één van de laatsten van deze tweewekelijkse verbinding met zondag als vertrekdag. Het laat mij meteen kennismaken met Argentijnse prijzen: $30 voor 12 uur bussen (waarvan 2 uur stilstaan bij doaunes), hiervoor heb ik in menig land verschillende weken en dus honderden km's afgelegd!

vorig bericht | overzicht | volgende bericht